Zihni Özdil (foto: ANP/Bas Czerwinski).
Joris Luyendijk: 'Je hebt alleen wat aan woede als je een helder programma hebt, waarbij woede als brandstof kan dienen. Je moet een concrete oplossing hebben voor de problematiek die je aan de kaart stelt. Als je eerst op tafel springt en schande roept, en daarna mensen in machteloze verbijstering achterlaat, voed je alleen de hang naar een autoritaire leider. Alleen verontwaardiging over een concrete misstand die ook valt aan te pakken is zinvol.
De weerbaarheid van ons financiële systeem is wat dat betreft zorgelijk. Met name als zich een werkelijke financiële crash voordoet, niet zo eentje die we kunnen afkopen door de rekening naar onze kinderen te sturen zoals we in 2008 hebben gedaan, maar een crisis die ons echt in het gezicht slaat. Als het democratisch bestel ons dit levert, en ook nog eens niet in staat om het ecologisch tij te keren, dan zal de roep om een ander politiek systeem steeds sterker worden. Dat is wat er nu met het klimaat en het monetaire stelsel op het spel staat.
Een groot probleem is dat legitieme grieven als de fragiliteit van het financiële systeem of het onvermogen om de naderende ecologische ramp aan te pakken, volledig verknoopt zijn met illegitieme grieven als xenofobie. Onterechte grieven worden op deze manier voorzien van een laagje legitimiteit. Neem de havenarbeider. Hij raakte de zekerheid van een vaste baan kwijt en moest ook nog gaan concurreren met arbeiders afkomstig uit Oost-Europa die voor veel minder geld wilden werken en gevaarlijker werk wilden doen. We hebben hem in de steek gelaten. De middenpartijen kwamen niet voor hen op. De partijen waar hij vervolgens naartoe gaat, gaan hem ook niet helpen. Maar als je hem dat voorhoudt, zegt hij dat deze partijen in ieder geval niet op hem neerkijken.
In plaats dat mensen hun ongenoegen vertalen in revolutie, wenden ze zich tot apathie. Je ziet een proces van depolitisering, waarbij mensen zichzelf niet meer zien als politiek wezen en het politieke proces niet meer zien als de weg naar verandering. Concreet: als je het over de financiële crisis hebt, willen mensen weten hoe ze hun spaargeld in veiligheid kunnen brengen. En dan zeg ik: daar gaat het niet om, het gaat erom hoe we óns spaargeld in veiligheid brengen. Jij kan wel op die ene veilige bank zitten, maar als de anderen omvallen, valt de veilige bank ook om. De meest logische stap is het politieke proces gebruiken, zoals homo's, atheïsten en vrouwen gedaan hebben. Dan moet je draagvlak winnen en op een gegeven moment krijg je wetten en die worden afgedwongen. Zo gaat dat in een democratie. Maar tegen de tijd dat ik dat gezegd heb, ben ik mijn publiek allang kwijt.
Neoliberalisering is ook depolitisering: het idee is dat je politiek niet nodig hebt, want als je markten het werk laat doen ontstaat er vanzelf een evenwicht. Politiek wordt alleen nog gezien als showbizz voor lelijke mensen. Maar politiek moet veel meer zijn dan dat. Als uit ieder onderzoek blijkt dat immigratie een zorg is voor mensen, dan moet je die zorg vanuit democratisch perspectief ook serieus nemen. Dat wordt onvoldoende gedaan. Er is namelijk ook grond voor die zorg: het is echt goed zoeken naar een Egyptenaar die vrouwen, homo's en joden gelijk vindt. Niet in iedere Egyptenaar zit een D66'er die eruit wil. Toch zie ik destructieve partijen als een teken van het functioneren van democratie. Als dit Egypte was, zouden dat soort opvattingen niet vrijelijk kunnen worden geuit, waren dit soort dingen allemaal onderdrukt en moet je al je tijd besteden aan het prijzen van de leider. Het is het afgeven van stress-signalen, die je een beeld geven van hoe het land ervoor staat.'
Deze tekst is een ingekorte weergave de Brainwash Special met Van Dis, Luyendijk en Özdil. Luister voor verdere discussie en mogelijke denkrichtingen voor oplossingen naar bovenstaande audio-opname. Omslagfoto: ANP/Jerry Lampen.