Adolf Hitler, Josef Stalin, Mao Zedong, Pol Pot. Een kleine greep uit de honderden dictators die de 20e eeuw heeft opgeleverd. Bij elkaar hebben deze bloeddorstige tirannen en verlichte despoten een ongekende hoeveelheid mensen op de planeet uitgeroeid (zie hier wat onthutsende cijfers). De 20e eeuw was niet alleen de eeuw van vrijheid en democratie, maar net zo goed de eeuw van de dictator.
En toch, aan het eind van de eeuw, na de val van de muur in 1989, leek de wereld zich langzaam te ontdoen van de alleenheerser; het model van de liberale democratie verspreidde zich in rap tempo over de globe en het kapitalisme nestelde zich in de haarvaten van het alledaagse leven. De (westerse) mens leefde dan eindelijk, na veel bloed, zweet en tranen, in een welvarend en democratisch walhalla. Wellicht wat plat en zielloos. Maar toch, in ieder geval geen chaos en terreur.
Dat was de 20e eeuw. Inmiddels is de 21e eeuw flink op stoom gekomen. Nieuwe geopolitieke aardsverschuivingen (van Oost naar West) dienen zich in al hun hevigheid aan en – patsboem! - de autoritaire leider is weer terug op het wereldpodium. Poetin (Rusland), Duterte (Filipijnen), Orbán (Hongarije), Erdoğan (Turkije), maar ook Trump, worden dan wellicht nog officieel geen dictators genoemd, ze voldoen wel – in meer of mindere mate – aan akelig veel punten op het 'checklijstje der dictatorschap'. In tijden van chaos en meerdere existentiële crisissen vinden almachtsfantasieën nu eenmaal altijd hun weg. Een dictator is zo geboren.