Een symptoom van onze klimaatdepressie is apathie. Het naderende onheil slaat velen lam.
Bovenmenselijk
Dit is te wijten aan de bovenmenselijke aard van de klimaatproblematiek: we moeten weerstand bieden aan krachten die de onze lijken te verbleken. Bovendien overstijgen de problemen ons eigen bestaan. Mogelijke effecten van maatregelen tegen klimaatverandering kunnen zo'n 80 jaar na dato worden bepaald. We moeten de verantwoordelijkheid nemen voor een onderneming waar ons eigen leven niets mee van doen heeft.
Toekomstige generaties
Maar we zijn het toch verschuldigd aan ons nageslacht om het tij te keren? Volgens menig ethicus is het helaas niet zo eenvoudig. Als we principes van rechtvaardigheid hanteren, moeten we weten wie we schade berokkenen met ons (non-)handelen. En in de klimaatproblematiek stuiten we dan op een identiteitsprobleem. Hoe kunnen we ons in moreel opzicht verhouden tot toekomstige generaties, oftewel non-existente mensen wier bestaan afhangt van nog onbepaalde factoren? Wie in het jaar 2100 onze planeet zullen bewandelen wordt beïnvloed door huidige keuzes in beleid. Anders geformuleerd: als wij in onze apathie blijven hangen zal de toekomst andere individuen kennen dan als wij van de bossen afblijven en de auto laten staan. Toekomstige aardbewoners zijn niet beter af door onze acties. Ze zullen simpelweg bestaan of niet.
Zondeval
Maar legitimeert die wetenschap een 'na ons de zondeval'? Het onbehagen dat deze instelling oproept toont dat ons vermogen tot solidariteit wel degelijk ons eigen leven overstijgt. En dat inzicht moet ons uitgangspunt zijn; een nieuw soort denken over rechtvaardigheid is gewenst.