Wordt het niet eens tijd om je te oriënteren op een volgende carrière-stap? Of: Is dat de juiste aanpak? Als organisatiefilosoof constateer ik dat we te veel nepvragen stellen. We willen te snel naar een oplossing en spreken vraag-achtige zinnen uit om anderen tot de door ons vooraf bedachte conclusie te laten komen. Je ziet dat ook bij veel leidinggevenden: ze zijn zo gewend aan het harnas van besluitvaardigheid en daadkracht, dat zelfs de expliciete instructie om vragen te formuleren, tot stellende zinnen leidt.
De wil is er meestal wel, hoor. Maar men weet niet hoe. Sommigen zijn moedig genoeg om het over zichzelf te zeggen: 'Ik zou graag betere vragen stellen.' De verlegenheid met vragen stellen is het gevolg van een denkgewoonte. Gewoonlijk willen we zo snel mogelijk antwoorden en oplossingen. Daardoor zijn deze twee vragen by far de meest gestelde: Wat is een goede keuze? En welke beslissing moet ik nemen?
Maar dat is nogal beperkt. Eenzijdig, instrumenteel. Als we de vragen die we stellen als maatstaf nemen, is het geen wonder dat zoveel mensen verlangen naar diepgang en zinvolle reflectie. En dat we de dingen anders willen doen. Maar wat bedoelen we dan precies? Wat willen we veranderen? En hoe kom je tot verdieping? Hoe belangrijk is vervulling echt? En wat is van waarde?
Tekst loopt door onder de afbeelding.