Ik ga dit jaar minder alcohol drinken. Ik zal proberen geduldiger te zijn – ten overstaan van mijn kinderen, naasten én onbekenden. Ik neem me voor dat ik minder zal twijfelen, minder zal piekeren en meer zal sporten. En ik ga meer ontspannen! Ja, dit is het moment van de goede voornemens.


Het benoemen van goede voornemens heeft elk jaar weer iets paradoxaals. We denken dat we ons op een toekomst richten, maar eigenlijk zeggen al die goede voornemens vooral iets over het leven dat we tot dan toe hebben geleid. Wie zich voorneemt het komende jaar minder te drinken, vindt dat hij of zij in het voorgaande jaar te vaak dronken is geweest.

In feite wordt elke gedachte over de toekomst door het verleden gevormd. Het liefst willen we dat het verleden ons iets leert, dat onze ervaringen nut hebben gehad en ons voorbereiden op een toekomst, waarin we sterker, wijzer en gelukkiger zijn. We kunnen het leven alleen begrijpen door er op terug te kijken, door ervaringen te evalueren, herinneringen en belevenissen te analyseren.

Op de toekomst kun je je niet voorbereiden, die zal je zomaar overkomen. Je kunt er slechts voor openstaan, als je die goede voornemens maar vergeet.

Maar zodra we het idee hebben dat we er inzicht in hebben gekregen, willen we ook graag dat dat inzicht ons iets brengt. Dít is waar het lastig wordt. Filosoof Søren Kierkegaard schreef in 1843 al: 'Het is beslist waar, zoals de filosofen zeggen, dat het leven naar achteren moet worden begrepen. Maar ze vergeten de andere kwestie, dat het leven naar voren moet worden geleefd.'

We verhouden ons natuurlijk voortdurend tot de toekomst: we hopen, wensen, nemen ons dingen voor, plannen, wachten en verwachten. Van goede voornemens komt vaak bar weinig terecht. Ik ben na enkele weken alweer vergeten wat mijn goede voornemens ook alweer waren. Dit kan aan mijn karakter liggen, maar gelukkig heeft het ook een voordeel. Volgens de Franse filosoof Jacques Derrida kun je twee soorten toekomst onderscheiden: le futur en l'avenir.

Le futur is de toekomst van de agenda, van het plannen en afspreken; reizen die je zult maken, ontmoetingen, etentjes, deadlines. L'avenir is evenwel de ongedefinieerde toekomst, de toekomst die er nog niet is, zelfs niet in verwachtingen, de toekomst die werkelijk nog op je toe-komt. Als een onverwachte ontmoeting met een Ander wiens komst je niet had kunnen voorzien. Dit is volgens Derrida de échte toekomst. Een toekomst die open en vrij is.

Goede voornemens behoren duidelijk tot het meer planmatige le futur. Maar tegelijkertijd vervluchtigen die voornemens meestal al gauw, horen ze alweer bij een verleden, bij het moment van oud en nieuw, en moeten we nog maar zien of er iets van terecht komt. Op dat moment, als we onze voornemens en verwachtingen vergeten, komt de onvoorspelbare toekomst weer in zicht: l'avenir.

De toekomst waarop we ons niet kunnen voorbereiden, die ons zomaar zal overkomen, maar waar we wél voor open kunnen staan. Tenminste, als we onze goede voornemens maar gauw vergeten!