Trailer Jim & Andy: The Great Beyond (2017).
Maar er gebeuren ook andere dingen: de acteur die in de film Kaufmans vader speelt, begint zich langzaam maar zeker ook achter de schermen als diens vader te gedragen. In de kleedkamer vindt er een oprecht emotioneel moment plaats tussen vader en zoon, die zijn vergeten dat ze alleen maar een rol spelen. Wanneer de zus en dochter van de echte Kaufman hun opwachting maken op de set, gaan ze helemaal mee in het idee dat ze hun dode broer en vader te spreken krijgen. Ze lijken het helemaal niet creepy of ongepast te vinden, maar diep ontroerend.
De Jim Carrey van nu — een opvallend rustige verschijning die uitstekend in staat blijkt tot introspectie — geeft commentaar op die periode uit zijn leven, en probeert te begrijpen waarom hij voor de rol van Kaufman zo ver ging. 'Ik heb een soort Hyde in me', zegt hij, 'die zich manifesteert zodra er mensen naar me kijken'. Het is geen kwaadaardige Hyde, maar niettemin iemand die zijn plaats inneemt en de wereld betreedt zonder enige schaamte of vrees en precies daarom zo grensoverschrijdend kan zijn in zijn gedrag.
'I didn't know what was real and not real', zegt Carrey, 'nobody knew.'
Het deed me denken aan een andere film die ik recent zag: The Square van Ruben Östlund, die dit jaar op Cannes een Gouden Palm won. Daarin zit een briljante scène van twaalf minuten, van een kunstperformance tijdens een galadiner voor een honderdtal steenrijke kunstdonateurs en hotemetoten. Een omroepstem introduceert hem: 'Zo meteen wordt u geconfronteerd met een wild dier', klinkt het. 'Toon geen angst, beweeg niet, schuil in de kudde.' Dan verschijnt de kunstenaar, gespierd en met ontbloot bovenlijf. Hij speelt de rol van agressieve chimpansee (die eerst de alfaman wegjaagt en daarna zijn wijfje uitkiest en overmeestert) zo overtuigend, dat de grens tussen mens en dier wegvalt: de performer heeft zichzelf opgeofferd om volledig chimpansee te kunnen zijn.
De tekst gaat verder onder de foto.