In Brainwash Talks van HUMAN buigen journalisten, schrijvers, wetenschappers, theatermakers en filosofen zich over de grote persoonlijke en maatschappelijke vragen van nu. Deze keer historicus en oud-politicus Zihni Özdil over de noodzaak van twijfel.


Hoe schop je het tot docent aan de universiteit, schrijver bij de meest prestigieuze bladen van Nederland en, ja, zelfs helemaal tot Tweede Kamerlid der Staten-Generaal, terwijl je de kleinzoon bent van geitenhoeders?

Het antwoord op die vraag – zei ik altijd – is de steun, inspiratie en motivatie die ik van huis uit mee kreeg. Als voorbeeld gaf ik een moment in mijn leven dat ik nooit zal vergeten. In 1993 begon groep 8, en mijn vader nam me apart. Hij keek me heel indringend aan. En hij zei: 'Zihni, dit is het allerbelangrijkste jaar van je leven. Want aan het eind van dit jaar word je schooladvies bepaald. Dus jij gaat keihard je best doen, de beste van de klas worden en vwo-advies halen. Want', zei mijn vader, 'als je dat niet doet... dan ga ik je slaan.'

Nee grapje, mijn vader dreigde nooit, maar hij wees wel de weg naar de kansen die er waren in Nederland. Dus, zei ik dan, 'Dankzij mijn vader is het allemaal gelukt.' Maar nu besef ik dat dat niet helemaal waar is. Het was niet mijn vader, maar Nederland. Niet het Nederland van nu. Maar het Nederland van de sociale verzorgingsstaat. Dat was het Nederland dat mensen als mensen behandelde. Ook al waren ze arm. Ook al waren ze niet geboren met privileges. Hoe anders is dat nu.

Als je als een dubbeltje bent geboren, zorgt de overheid dat je nooit meer een kwartje kan worden. De doctrine van marktwerking, van je eigen broek ophouden, van concurrentie, van zero tolerance is als een postmoderne sharia neergedaald op ons land.

Dat woord sharia gebruik ik niet lichtzinnig. Het gaat om de papieren werkelijkheid, wat in de koran of de bijbel staat, het woord van god, in dit geval de vrije markt. Dit salafistische geloof in marktwerking was de consensus, niet alleen bij de VVD, niet alleen bij de PvdA, maar ook bij D66, CDA, GroenLinks en en ja, ook bij u, de Nederlandse bevolking.

Neem het zogenaamde sociale leenstelsel in het onderwijs. De eerste aanstalten kwamen in het jaar 2000, in een advies van de Onderwijsraad. Het fascinerende is om terug te lezen wat de allereerste zinnen van dat advies waren: 'Markt is in. Markt is alom.' Net als je in de bijbel of de koran leest over 'God' en niet 'de God'. Dat advies ging over hoe de wil van de Alwetende, Alomtegenwoordige Markt het beste kon worden uitgevoerd. En dat gebeurde ook, ontzettend vroom, in de jaren daarop.

Zihni Özdil in Brainwash Talks

Ik wil hier benadrukken dat het echt niet gaat om de mensen die deze sharia van de marktwerking op hebben gelegd. Want het gebeurde met de beste intenties. Wat me wel een beetje verbaast, is hoe weinig weerstand er was. Hoe weinig kritiek er was. Alleen een kleine groep jongeren kwam in beweging, zoals de moedige studenten die in 2015 het Maagdenhuis bevrijdden, onder andere als protest tegen het aankomende leenstelsel.

Voor de rest ging het debat in Nederland over de vraag: hoe kun je het allerbeste de hele samenleving herorganiseren naar het markt-model? Of dat überhaupt een goed idee was kwam niet ter sprake, en zij die dat wel deden werden 'radicaal' genoemd.

Weet je, vroeger had ik iemand die beweerde dat Nederland geen debatcultuur heeft, uitgelachen. Maar nu denk ik er anders over. Vraag maar aan al die bijstandsgerechtigden, die privé-detectives en drones op zich afgestuurd krijgen. Vraag maar aan de slachtoffers van het racistische Toeslagenschandaal. Vraag maar aan al die mensen die van opdracht naar opdracht sukkelen, zonder verzekering, zonder pensioen, in Nederland – inmiddels het land met de grootste flexibele schil van Europa.

Van de ene twijfel op de andere slaagden wij er als mensheid in om vragen te stellen die niet gesteld mochten worden, en zo de wereld een stukje beter te maken.

Ik kan nog een uur doorgaan, over grote beleidsveranderingen in Nederland, die zonder echt debat tot stand kwamen. Waren al die dingen er niet gekomen als we wel een debatcultuur hadden gehad? Misschien wel. Maar we hadden ook weer niet de allergrootste flexibele schil van Europa gehad.

Zelf heb ik met volle overtuiging geprobeerd dingen te veranderen. In de maatschappij als docent, bij de vakbond, als schrijver en columnist en, de kers op de taart, als Tweede Kamerlid. Begrijp me niet verkeerd, ik ben heel trots op de dingen die ik bereikt heb voor de mensen: dankzij mijn kamikaze-actie om me er politiek tegen uit te spreken waarna ik uit de GroenLinks-fractie werd gezet, gaat het leenstelsel afgeschaft worden.

Ik heb ook nergens spijt van. Maar als ik in zijn algemeenheid terugkijk op de afgelopen jaren denk ik wel van: Jeetje man, je was wel erg zeker van je zaak. Waar was je twijfel?

Twijfel wordt veel te vaak als een zwakte gezien. Zeker door iemand met mijn achtergrond. Geloof me, als je in een van de armste, rauwste wijken van Nederland opgroeit, en je laat maar een greintje twijfel zien, ben je weg. Maar los daarvan, is mijn indruk, hebben wij met zijn allen in de huidige snelle maatschappij onzekerheid verpakt als 'flexibiliteit', zodat je zonder twijfel die onzekerheid omarmt. We hebben alle ruimte voor twijfel weggefilterd. Dat is niet goed.

Laten we even uitzoomen. Het was twijfel die de mensheid dreef tot grote ontdekkingen. Klopt het wel dat witte mensen genetisch superieur zijn? Hmm, ik twijfel eraan, zeiden we. Oké vooruit, in dit voorbeeld waren het eerst toch vooral de tot slaaf gemaakte zwarte mensen die onder het juk van martelingen en dwangarbeid enigszins begonnen te twijfelen aan de legitimatie achter hun ellende. Maar zonder hun twijfel was er nooit protest gekomen tegen de slavernij.

Moet het echt zo zijn dat alleen de elite naar de universiteit mag? Vanuit die twijfel kwam de allereerste Maagdenhuisbevrijding in de jaren zestig. Enzovoorts. Van de ene twijfel op de andere slaagden wij er als mensheid in om vragen te stellen die niet gesteld mochten worden, en zo de wereld een stukje beter te maken. Maar de afgelopen twintig jaar zijn we gaandeweg steeds meer vergeten hoe we moeten twijfelen. We twijfelden niet aan de god van de marktwerking. We twijfelden niet meer aan onzeker – sorry – flexibel door het leven gaan.

Misschien helpt als ik het weer bij mezelf hou. Omdat ik niet twijfelde ben ik in een burn-out beland. Het grappige is: vroeger geloofde ik niet in burn-outs. Burn-out? Mijn vader werkte dubbele diensten in de fabriek, kwam helemaal afgebeukt met schimmel in zijn voeten thuis! Had hij een burn-out? Nee!

Ik wist honderd procent zeker, zonder twijfel, dat burn-outs een verzinsel waren van een decadente maatschappij vol zwakke millennials die bij de minste geringste tegenslag hun handdoek in de ring gooien. Wat had ik het mis. Pas toen ik er zelf tegenaan liep snapte ik het. Een burn-out heeft niks te maken met hoe hard je werkt. Een burn-out heeft ook niks te maken met hoeveel uur je werkt. Een burn-out heeft te maken met niet kunnen uitschakelen in je hoofd. Niet meer kletsen met vrienden over ditjes en datjes. Niet meer met je hond wandelen in de natuur. Niet meer wijn drinken en uitrusten. Of flink sporten.

Als je die dingen niet meer doet, omdat je in je hoofd alleen maar bezig bent met je werk, ook in de avonden, ook in de weekenden, verdwijnen belangrijke geluksstofjes in je hersenen. De grote fout die ik maakte, was dat ik er zelf voor koos om dingen niet los te laten in mijn hoofd. Want ik twijfelde niet aan mijn eigen gelijk. Daarom moest alles perfect, en precies zoals ik wilde. Het allerbeste recept voor een burn-out.

In mijn geval zou je kunnen zeggen: eigen schuld dikke bult. Maar de burn-out-pandemie in Nederland is zeker niet de schuld van de mensen. Ik zal dat uitleggen aan de hand van mijn vader. Hoe komt het dat hij in de jaren 80 niet in een burnout raakte, ook al werkte hij zich helemaal kapot in de fabriek? Hij had een vast contract, geen flexwerk. Waardoor hij in de avonden en in de weekenden niet in zijn hoofd bezig hoefde te zijn met de vraag of hij de volgende maand nog wel inkomen had. Hij had zekerheid.

Het is de bedoeling van Brainwash Talks dat de spreker met een spetterend einde komt. Hoe het anders moet. Hoe het beter moet. Ik moet je teleurstellen. Geen idee meer hoe het anders of beter moet. Maar als je me dan toch dwingt, kan ik zeggen: wees niet bang om te twijfelen. Nee, sterker nog, je moet twijfelen! Aan jezelf. Aan je eigen ideeën. Aan anderen. En vooral ook aan wat de macht zegt en doet.