De laatste keer dat ik een praatje over vrijheid hield, werd alles wat ik zei automatisch achter me in tekst weergegeven. Op een gegeven moment zei ik dat ik in mijn denken over vrijheid sterk ben beïnvloed door de Britse filosoof Isaiah Berlin. En iedereen barstte in lachen uit. Ik keek om er stond: Silvio Berlusconi.
Nu heeft Silvio Berlusconi niet zoveel invloed gehad op m'n leven. Misschien zou ik dan een wijzer mens, een rijker mens, of een gluiperiger mens zijn dan ik nu ben. Maar zo is het niet.
Ik wil het hebben over vrijheid, of het een illusie is of niet. Ik zeg eerst hoe ik erover denk, en mijn opvatting is slechts 'een' opvatting over vrijheid. Er bestaat geen absolute waarheid over vrijheid. Ik bespreek dus mijn mening.
Eerst wil ik zeggen wat vrijheid níet is. Vrijheid is niet een manier om beter te worden dan we zijn. In veel westerse en Europese tradities, liberale, marxistische, christelijke en andere tradities, leren we vrijheid zien als een manier om ons te ontwikkelen en redelijker te worden, om ons harmonieuzer te voelen en gelukkiger te worden. We denken dat we van vrijheid beter worden. Maar dat vind ik niet de beste opvatting van vrijheid.
Volgens mij is vrijheid een manier om mens te zijn. En dat betekent accepteren wat het meest onderscheidende is aan het mens-zijn, en dat is dat wij mensen veel tegenstrijdige impulsen, behoeften en waarden hebben. Dat maakt vrij zijn tot een interessante en waardevolle manier van mens-zijn. Vergeleken met andere diersoorten zijn we veel gevarieerder, met meer talen en leefwijzen. Maar tegelijk voelen we ons veel meer innerlijk verscheurd dan andere dieren.
Ik ben dol op katten, en ik heb er in mijn leven veel gehad. Ik heb er nu een van 20, maar hij lijkt 3. En een van de dingen die ik over katten heb geleerd, is dat katten niet worstelen met hun keuzes. Ze maken zich niet druk over hun sterfelijkheid. Ze hebben geen besef van de toekomst. Het woordje 'straks' komt niet in hun vocabulaire voor. Als een kat ontbijt wil, en je zegt 'straks', zegt dat een kat helemaal niets.
In het algemeen is het zo dat alle dieren met wie wij deze planeet delen, voor zover wij weten, zich niet zo innerlijk verscheurd voelen als wij. Want wij hebben veel impulsen die we bij onszelf veroordelen. We hebben goede en slechte impulsen, die we continu onder de loep leggen en onderdrukken. Welk ander dier moordt en sterft om een beeld van zichzelf te beschermen? Geen enkel dier.
Een van de tragedies van de 20e eeuw, die hopelijk niet terugkomt, is dat in Europa veel mensen zijn vermoord omdat ze volgens anderen een bepaalde identiteit hadden. Als iemand tegen jou zegt: 'Jij bent X', dan voorspelt dat nooit veel goeds. Het is typisch een verkapt dreigement. 'Jij bent jood, moslim, immigrant, homo.' Dat is bijna nooit positief, maar meestal een verkapt dreigement.
Wij zijn het enige dier dat soortgenoten doodt vanwege hun identiteit. En we zijn ook, en dit kan soms nobel zijn, het enige dier dat bereid is om voor een bepaalde identiteit vermoord te worden en te sterven. Als je jezelf als vrij beschouwt, en je dan indenkt dat je vrijheid wordt bedreigd, dan ben je in sommige situaties misschien bereid om je leven op het spel te zetten of de dood tegemoet te gaan, om dat beeld van jezelf als vrij mens te behouden.