Een fantastische baan, een geweldige partner en een strak lichaam. Er is nogal wat voor nodig om gelukkig te zijn in een wereld vol hoge verwachtingen. Maar hoe meer we streven naar geluk, hoe ongelukkiger we worden, ziet psycholoog Thijs Launspach. In plaats van ons heil te zoeken in dankbaarheidsdagboeken, ijsbaden en voedingssupplementen, kunnen we beter accepteren dat we soms gewoon een beetje ongelukkig zijn.

Wie nóg gelukkiger wil worden, hoeft maar één ding te doen: om 5 uur opstaan. Dat verhoogt niet alleen je productiviteit, maar ook je fysieke en mentale welzijn. Welcome to the 5 AM club! Tenminste, als we de deelnemers van online challenges mogen geloven. Psycholoog Thijs Launspach ziet dit soort online uitdagingen als een van de vele manieren waarop de jonge generatie van nu grip probeert te krijgen op het leven en zich staande probeert te houden in onze prestatiemaatschappij. “Het idee is dat we ons leven en onze mentale gezondheid continu moeten optimaliseren.”

"Er is niets mis met je als je een paar weken ongelukkig bent."

Thijs Launspach
Happyisme

Dat optimaliseren doen we op verschillende vlakken, ziet Launspach. “Je ziet het in ons werk: we moeten niet alleen werken om geld te verdienen, maar een fantastische baan hebben waar je plezier uit haalt. Of op het gebied van relaties: we hebben vaak het idee dat onze partner in al onze behoeften moet voorzien.” En ook ons lichaam kan altijd beter. “Slank, gespierd, maar allemaal niet té. Het liefst ook nog een beetje fotogeniek.” Tot slot is er nog onze persoonlijkheid en ons mentale welzijn. “We willen graag extravert en sociaal zijn en wringen ons in allerlei bochten om maar zo gelukkig mogelijk te lijken,” volgens Launspach.

De druk om gelukkig te zijn noemt Launspach happyisme. “Dat is ten eerste de opvatting dat ons levensgeluk maakbaar is en dat we zo gelukkig mogelijk moeten zijn. Ten tweede is het een afkeer van ongeluk, het niet zo verdraagzaam zijn ten opzichte van het normale ongeluk dat we allemaal meemaken. Ten derde is het een angst voor negatieve emoties. Boosheid, angst of jaloezie – allemaal emoties die je zoveel mogelijk moet wegdrukken.” Dat we zo’n hoge druk ervaren is niet zo gek, denkt Launspach. Al van jongs af aan vertellen je ouders je dat het niet per se uitmaakt wat je doet, ‘als je maar gelukkig bent’. “En vergeet ook niet dat we voor ons twaalfde al zo’n vijf miljoen reclames voorgeschoteld hebben gekregen van een fantastisch leven, waarin we altijd euforisch en gelukkig zijn.”

Geluk staat onder druk

Maar hoe meer we ons best doen om gelukkig te zijn, hoe ongelukkiger we worden. Er is zelfs sprake van een mentale gezondheidscrisis, volgens Launspach. “We zitten nu in de opmerkelijke situatie dat we heel veel welvaart hebben en nog nooit zo vrij waren om ons leven zo in te delen als we zelf willen, maar daar niet gelukkiger van worden.” Vier op de tien mensen krijgen te maken met een psychologische of psychiatrische stoornis en een op de zeven mensen met ernstige stress, vertelt Launspach. Bij jongeren ziet hij bovendien veel onzekerheid, angstklachten en stress. “We voelen dat als een individueel probleem, maar het is een maatschappelijk probleem. Het heeft alles te maken met de gestoorde wereld waarin we leven, die enorm veel van ons eist.”

"In onze hoogst individualistische wereld vergeten we nog wel eens dat de mensen om ons heen ontzettend belangrijk zijn voor onze mentale gezondheid.”

Thijs Launspach
Niet het 'ik' maar het 'wij'

De geluksindustrie biedt uitkomst: maak een dankbaarheidslijst, doe een dure meditatiecursus, neem een ijsbad en slik voedingssupplementen voor je brein. “Allemaal oplossingen die individualistisch zijn, die gaan over wat jij moet veranderen,” ziet Launspach. Als al die oplossingen niet werken, verwijten we dat onszelf. “Dan denken we: het lukt mij niet, er zal iets mis met mij zijn. Maar dat is niet zo, er is iets mis met die oplossingen, die zoeken het in de verkeerde richting.” Want in plaats van ons blind te staren op onszelf, moeten we het volgens Launspach vooral zoeken in de verbinding met anderen. “Het moet meer gaan over wat je kunt bijdragen en hoe je in verbinding kunt staan met anderen. In onze hoogst individualistische wereld vergeten we nog wel eens dat de mensen om ons heen ontzettend belangrijk zijn voor onze mentale gezondheid.”

Een andere belangrijke stap is volgens Launspach het accepteren dat een beetje ongelukkig zijn bij het leven hoort. “Er is niets mis met je als je een paar weken ongelukkig bent, of als je in je werk tegen iets aanloopt wat je heel eng vindt of waar je veel stress van krijgt. Als je af en toe angstig bent of paniek hebt. Het is wel heel vervelend, maar het betekent niet dat er iets mis is met jou als mens.”

Thijs Launspach (1988) is psycholoog en schrijver. Hij schreef verschillende boeken over stress, burn-out en millennials op het werk, zoals Fokking Druk (2018) en Werken met Millennials (2019). Zijn laatste boek is Je bent al genoeg (2022). Hij heeft een wekelijkse column in het Algemeen Dagblad, een podcast over mentale gezondheid en is docent aan The School of Life.