The Origins of Totalitarianism (1951) en 1984, dat in 1948 geschreven is, zijn in dezelfde tijd verschenen. Beide boeken beschrijven hoe een totalitaire staat eruit ziet. George Orwell verwerkte ervaringen met fascisme en communisme tot een literaire toekomstroman, Hannah Arendt behandelt diezelfde thema's, maar noemt het totalitarisme. De hernieuwde populariteit van beide werken zit erin dat we nu dezelfde machteloosheid zien als in de jaren '30.
Mensen zijn het gevoel van controle kwijt. De controle over (maatschappelijke) veranderingen. Ze zien zich niet meer gerepresenteerd in bijvoorbeeld politieke partijen en de verzuiling is weggevallen. Dat brengt een gevoel van onzekerheid en machteloosheid met zich mee. Dat zag je in de jaren '30 in Duitsland, en dat zie je nu in Amerika, maar ook in Europa. Mensen voelen zich thuis- en wereldloos, de maatschappelijke inbedding is verdwenen. Een dolende massa is een instabiele massa, en een makkelijke prooi voor populisme.
Populisten spreken het volk direct aan, zonder bemiddeling. Ze gaan voorbij democratische instanties, voorbij politieke partijen. In zekere zin zou je kunnen zeggen dat Geert Wilders geen echte populist is, omdat hij onderdeel uitmaakt van het politieke bestel en deelneemt aan de verkiezingen. Het populisme dat we nu zien, is nog niet zo geradicaliseerd als het in de jaren '30 was. Het verschil is dat we nu nog in een democratische omgeving zitten.
De tekst gaat verder onder de foto.