Ze mag niet stemmen, niet vrij reizen, ze kan geen hypotheek afsluiten, en zelfs alcohol kopen gaat niet vanzelf. Marine* woont al 22 jaar in Nederland en heeft een verblijfsvergunning, maar ze krijgt geen paspoort. Haar droom om na haar rechtenstudie officier van justitie te worden, is daardoor onbereikbaar. 'Ik mag mijn hele leven in Nederland blijven, maar ik mag niet volledig meedoen aan de maatschappij.'


Marine kan zich de dag waarop ze hoorde dat ze in Nederland mocht blijven nog goed herinneren. Ze kwam samen met haar broertje van zwemles, en haar moeder wachtte de kinderen in tranen op met het goede nieuws. Marine zat in groep 5, en haar klasgenootjes en de juf leefden met haar mee. Zij zeiden opgetogen: 'Je bent nu gewoon een Nederlander!'

Dat bleek alleen niet zo te zijn. Als onderdeel van het generaal pardon in 2007 mocht Marine, met 27.500 anderen, voorgoed in Nederland blijven. Mensen die voordien een verblijfsvergunning waren geweigerd, kregen die toch toegekend, op voorwaarde dat ze voor april 2001 hun eerste asielverzoek hadden ingediend, geen oorlogsmisdaden hadden begaan en geen strafblad hadden.

Maar ondanks dat deze mensen nu een verblijfsvergunning op zak hadden, bleek het voor een groot deel van de groep onmogelijk om de Nederlandse nationaliteit te krijgen. Net als Marine kunnen meer dan 10.000 mensen nog altijd geen Nederlands paspoort krijgen, omdat zij na aangescherpte regels eerst een paspoort en een geboorteakte moeten kunnen overhandigen. En dat is niet zo simpel als het lijkt.

Na dit gesprek werd bekend dat Marine toch een paspoort krijgt. Staatssecretaris Ankie Broekers-Knol besliste deze week dat minderjarige asielzoekers die door het generaal pardon uit 2007 in Nederland mochten blijven, zoals ook Marine, in aanmerking komen voor een paspoort. Een opluchting, maar een met een bittere bijsmaak, omdat het overgrote deel van de groep alsnog buiten de boot valt. 70 procent van ruim 10.000 mensen komt namelijk alsnog niet in aanmerking voor een paspoort, omdat ze in 2007 meerderjarig waren. Dat maakt dit interview onverminderd actueel.
Geen documenten uit het land van herkomst

Uit haar land van herkomst, Armenië, heeft Marine geen documenten. Die kan het land, ondanks herhaalde pogingen van haar kant, haar niet verstrekken. Marine: 'Bij de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) is het bekend dat in voormalige Sovjetrepublieken zoals Armenië documentatie en registratie verloren zijn gegaan, onder andere door hervormingen en doordat dit soort zaken niet goed werden bijgehouden. Dat maakt het voor mij een doodlopend spoor.'

Marine vluchtte als baby van een half jaar oud met haar ouders naar Nederland. Ze weet daar niet veel van, omdat haar familie er niet graag over praat. 'Ik weet wel dat het een hele lastige periode voor ze was, en dat ze om politieke redenen naar Nederland zijn gevlucht. Zij hebben die keuze moeten maken, omdat zij zich niet meer veilig voelden in hun land.' Eenmaal in Nederland worden haar broertje en zusje geboren, die hetzelfde probleem hebben als Marine: zij kunnen de Nederlandse nationaliteit niet krijgen. Het Nederlanderschap wordt namelijk niet toegekend op basis van de plaats waar je wordt geboren, maar krijg je pas als één van je ouders de Nederlandse nationaliteit heeft. 'Ik denk dat het pijnlijk is voor mijn moeder dat de keuze die zij heeft gemaakt, niet automatisch betekent dat wij in vrijheid kunnen opgroeien.'

Marine

Geen Nederlands paspoort

Vrijwel dagelijks loopt Marine er tegenaan dat ze geen Nederlands paspoort heeft. In het klein, als ze alcohol gaat kopen en ze haar ID moet laten zien: 'Ik heb geen ID, ik heb alleen een verblijfsvergunning, en dat is een heel apart pasje. Dat wordt niet zo makkelijk herkend. Ik heb het geluk dat ik een rijbewijs heb, want daaraan kan je niet zien dat ik anders ben.'

Maar ook in het groot, als het gaat over haar toekomst: 'Ik studeer rechten, maar ik mag geen rechter, notaris, of officier van justitie worden. Die droom is onbereikbaar. Het is weer iets waar ik tegenaan loopt. Waar houdt het op?'

Haar Nederlandse vriend studeert ook rechten, en hij heeft wel alle mogelijkheid zich te ontplooien. 'Ik heb minder kansen dan mijn medestudenten, en niet omdat ik een minder goede jurist ben.' In september moet Marine stage lopen, wat zonder paspoort niet zomaar kan. Volgend jaar hoopt ze haar studie af te ronden, maar het is onduidelijk hoe haar werkende leven eruit zal zien. 'Ik weet niet goed wat mag en wat kan.'

Op de werkvloer brengt het ontbreken van een identificatiebewijs Marine ook in het nauw bij minder veeleisende banen. 'Met sollicitaties moet je je nationaliteit doorgeven, en 'onbekend' is nooit een optie. Of ik nu 'Armeens' of 'Nederlands' invul, in feite ben ik aan het liegen. Dat doe ik niet opzettelijk, maar een andere optie is er niet. Dan word je aangenomen en dan heb je wel wat uit te leggen. Als ze mijn ID-kaart vragen voor de uitbetaling, zien ze mijn verblijfsvergunning, en vragen ze of ik wel bij hen mag werken.'

Niet stemmen, trouwen en geen hypotheek

Marine woont in Nederland weliswaar in een democratisch land, maar zij heeft door het ontbreken van het Nederlanderschap geen kiesrecht. Zij wordt dus niet vertegenwoordigd en kan geen politieke invloed uitoefenen. 'In maart mocht iedereen stemmen, maar ik niet. Ik wilde de tv op een gegeven moment niet meer aan hebben, omdat alle verkiezingsspotjes te confronterend waren. Politici zijn wel volksvertegenwoordigers, maar niet voor jou, want jij hebt er geen stem in.'

Naar het buitenland reizen is heel lastig zonder paspoort, en visa worden vaak geweigerd. Nederlanders mogen overal in Europa wonen, werken en studeren, maar dat kan Marine niet. Trouwen is een probleem, omdat je in sommige gemeentes een geboorteakte of een paspoort moet kunnen tonen. En in de praktijk blijkt het niet eenvoudig om een hypotheek of een lening af te sluiten. Het leidt ertoe dat Marine, en de meer dan 10.000 mensen die in hetzelfde schuitje zitten als zij, op een zijspoor in de samenleving wordt gezet, en ze haar steentje niet kan bijdragen. 'Ik voel me Nederlander en ik wil me ook zo kunnen noemen, maar dat mag niet. Daardoor voel me ik me een tweederangsburger.'

Staatloos zijn betekent onbeschermd zijn

Het ontbreken van haar papieren maakt Marine staatloos. Dat betekent dat ze in situaties van nood in het buitenland niet zomaar op de hulp van de Nederlandse overheid kan rekenen. In de zomer van 2019 besloot Marine met haar moeder, haar zusje, en haar vriend naar Armenië te reizen, in de hoop papieren mee terug te kunnen nemen. Tot die tijd durfden ze niet te gaan, vanwege de dreiging die hen als terugkerende politieke vluchtelingen boven het hoofd hing. 'Als mijn vriend niet mee was gegaan, waren wij ook niet gegaan. Stel: er zou iets met ons gebeuren… Het klinkt cru, maar het is de harde realiteit: als er daar een Nederlander vastzit, is het anders dan als wij daar alleen zouden zijn. Dan zou Nederland harder zijn best doen om ons terug te halen.'

De aanwezigheid van haar vriend maakte de reis niet veilig genoeg voor haar broertje. 'Mijn broertje durfden we niet mee te nemen, want ook al is hij geen burger van Armenië en kennen ze hem daar niet, hij is zonder paspoort óók geen burger van Nederland. In Armenië geldt een dienstplicht, dus wij waren bang dat hij opgepakt zou worden. Nederland kan dan niks voor jou betekenen, omdat je geen burger van het land bent.'

Tijdens de reis werden de verschillen tussen Marine en haar vriend die wel de Nederlandse nationaliteit opnieuw zichtbaar: ze mochten niet door dezelfde poortjes heen, en hij mocht op vliegvelden zonder problemen doorlopen, terwijl zij bij elke controle vaststond om vragen te beantwoorden. Ondanks de obstakels had Marine het gevoel dat ze móest gaan. 'Ik dacht: ik kan hier zitten en wachten tot de politiek wat gaat doen, of ik kan iets riskeren – ik weet niet of het mijn leven was, of mijn vrijheid – maar dan heb ik het wel geprobeerd.' Ze kon niet anders. 'Je wordt tot het uiterste gedreven, tot wanhoop zelfs. Laten we gewoon gaan, dachten we. Als we ons rustig houden, dan komt het misschien wel goed.'

Voor niets gegaan

Ze zijn ongedeerd thuisgekomen, maar de reis heeft Marine en haar familie niet gebracht wat ze nodig hadden. 'We zijn voor niks gegaan. De papieren die ik hoopte te krijgen, hebben we niet gekregen. We zijn bij de notaris geweest voor de geboorteakte, en bij de zogenoemde paspoorttafel voor het paspoort. Maar je wordt gewoon niet geholpen.' Niet zo gek, vindt ze, om tegen bureaucratie aan te lopen na meer dan twintig jaar niet in het land te hebben gewoond. Maar het baart haar zorgen dat er weer een weg richting een oplossing is afgesloten.

Marine en haar lotgenoten Yosef en Mohammed

Laatse hoop

Zonder medewerking van het land van herkomst ligt de laatste hoop voor Marine bij de politiek. Volgens Marine is de oplossing simpel: laat de documentatie-eis voor naturalisatie vervallen. 'Bij bepaalde groepen wordt dit ook al toegepast. Voor etnische Armeniërs uit Azerbeidzjan geldt al dat zij geen documenten nodig hebben om een paspoort aan te vragen. Het is geen nieuw idee dat onmogelijk uit te voeren is, want het gebeurt al.'

Aan de onzekerheid en het lange wachten leek een einde te komen, toen de kamer in februari met een ruime meerderheid een motie van Tweede Kamerleden Madeleine van Toorenburg (CDA) en Jasper van Dijk (SP) aannam voor vrijstelling van de documentatie-eis. Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Ankie Broekers-Knol (VVD) wil echter eerst een onderzoek. Kamerleden reageerden verontwaardigd: Van Toorenburg noemde het 'een herhaling van de toeslagenaffaire' en Van Dijk sprak van 'pure politieke onwil'.

Het stelt ook Marine niet zonder meer gerust. 'Ik wil niet pessimistisch zijn, maar ik kan ook niet optimistisch zijn. Als je kijkt naar wat er de afgelopen jaren is gebeurd, dan is het heel lastig om ervan uit te gaan dat het goedkomt. In 2014 waarschuwde het Nederlands Juristenblad al dat er een groep tweederangsburgers wordt gecreëerd. De Nationale Ombudsman vraagt al jaren om dit op te lossen. Dus het probleem is al lange tijd bekend. Nadat ik in 2018 met media had gesproken, werden er zelfs Kamervragen in mijn naam gesteld. Maar het heeft nog niets uitgehaald.'

Het feit dat de motie is aangenomen met een brede kamermeerderheid zou iets in beweging kunnen krijgen, volgens Marine. 'Maar in mijn achterhoofd denk ik: dit is misschien wel het laatste redmiddel. Want als de staatssecretaris het niet wil uitvoeren, wat moet je dan?'

Duizenden mensen in hetzelfde schuitje

Wetende dat haar verhaal niet op zichzelf staat, maar exemplarisch is voor duizenden mensen, geeft het voor Marine een zwaarder gewicht. Met een aantal van hen startte ze de petitie Wij horen er ook bij, in samenwerking met VluchtelingenWerk Nederland. 'Ik ben niet alleen, al voelt wel vaak zo, omdat je mensen er niet vaak over hoort praten. Maar het feit dat je er niet alleen voor staat is niet verzachtend. Het maakt het juist nog erger, omdat je weet dat er een hele grote groep mensen wordt benadeeld.'

Tot er een oplossing komt, laat het haar niet los. 'Ik ben er in mijn hoofd veel mee bezig. Ik heb geprobeerd om het naast me neer te leggen. Maar hoe kan je accepteren dat je niet dezelfde rechten hebt als een ander? Dat je je hele leven niet in vrijheid kan leven, dat je niet de kansen krijgt die je door de politiek worden beloofd?'