Het is bijna niet voor te stellen dat onbedoeld zwangere vrouwen vanaf de jaren 50 na een uitputtende bevalling, soms zelfs geblinddoekt of vastgebonden, hun baby niet mochten bewonderen, vasthouden en liefhebben, maar voorgoed op moesten geven. Deze vrouwen werd ingeprent dat zij als ongehuwde moeders ongeschikt zouden zijn om een kind op te voeden. Zij werden gezien als gevallen, slechte vrouwen, die de hele familie schaamte en de samenleving schade toebrachten. In de ogen van onder meer gezaghebbend psychiater Kees Trimbos was het feit dat een moeder ongehuwd was op zichzelf al een bewijs van haar 'psychische labiliteit'.
Een leven lang dragen duizenden vrouwen dit grote geheim met zich mee. Als zij de stilte durven doorbreken, spreken zij over het gemis, de emotionele littekens en het verdriet. Journalist en schrijver Christel Don sprak tien vrouwen die haar hun levensgeschiedenis toevertrouwden. Zij tekende hun verhalen op in het boek Afstandsmoeders, dat afgelopen week uitkwam. Vrouwen die jarenlang gemaand zijn tot zwijgen, krijgen in het boek een stem. Het zijn stuk voor stuk hartverscheurende verhalen, waarin onmacht, verlangen, verdriet en schaamte- en schuldgevoelens over elkaar heen buitelen. Maar zonder uitzondering spreekt er ook doorzettingsvermogen en veerkracht uit de verhalen van de vrouwen.