Al gauw blijkt het inademen van het stuifmeel inderdaad een merkwaardig effect te hebben. Neem de melancholieke Bella. Ineens kan ze haar geluk niet op. Ook bij andere collega's is dit het geval, bijvoorbeeld Chris (Ben Wishaw) die een oogje op Alice heeft. Maar als Alice even ingaat op zijn avances, blijkt dat hij niet alleen superblij is, ook is hij zichzelf niet meer. Letterlijk: de geluksplantjes blijken body snatchers.
Hoe kan dat, hoe kun je jezelf kwijtraken op het moment dat je het ultieme geluk vindt? Volgens mij hebben wij mensen reuring nodig om echt te kunnen leven. Gedoe. Conflict in onze geest. Het oplossen van problemen, het vinden van antwoorden op allerlei ingewikkelde vragen, werkt als een prikkel, een injectie van energie die ons de bevestiging geeft dat we leven.
Natuurlijk, als mentale stress te veel wordt — dat gebeurt met Bella in de film — snijdt dit argument geen hout. Dat geldt eveneens voor gevallen van zware depressie: mensen die hieraan lijden zullen, denk ik, al te graag het stuifmeel van kleine Joe opsnuiven.
Interessant is dat Alice, moeder, wetenschapper, vrouw-zonder-liefde, alles doet om te voorkomen dat ze het stuifmeel inademt. Of dat haar ook lukt, laat ik even in het midden.
Wat zou jij doen: inademen of niet?
Zelf denk ik: niet doen. Misschien bepaalt het zoeken naar geluk ons leven meer dan het vinden van dat geluk. We zijn maar mensen: diep ongelukkig, een brok stress, eindeloos op zoek naar de Onvergankelijke, Grote Romantische Liefde, nerveus over de staat van de wereld, verdrietig over alles.