Hoe kortsluiting in onze hersenen plaatsvindt wanneer we geconfronteerd worden met iets wat we niet snappen — dat illustreert het wereldwijde oproer veroorzaakt door Darren Aronofsky's nieuwe film Mother!.
In een moderne bioscoop in mijn woonplaats Alkmaar klinkt een steunen en kreunen van jewelste terwijl de mensen kijken naar een film geprojecteerd op een enorm scherm dat van muur tot muur strekt. Het is een zaterdagavond, iets na tien uur, en het wordt alsmaar onrustiger in zaal acht.
Een paar rijen voor mij doet een jongen zijn telefoon aan en stort zich op social media. Een tijdje later volgen twee vrienden zijn voorbeeld. Die slaan aan het gamen en het shoppen (mannenshirts). Nu en dan kijken de drie naar het grote scherm en zeggen ze iets tegen elkaar, wat resulteert in een soort uitdagend lachen, in de trant van: tjongejonge!
De oorzaak van het oproer - na afloop zijn de jongens net als vele andere bezoekers heel erg boos over wat ze hebben gezien - is Darren Aronofsky's nieuwe film Mother!.
Het is een qua vorm en inhoud briljant werk, een vreemde, mythologische vertelling met grote thema's over schepping, zondeval en verlossing die zich uitkristalliseren in de mentale crisis van een mooie jonge vrouw (gespeeld door Jennifer Lawrence) die in een groot huis woont samen met haar vriend, een dichter gespeeld door Javier Bardem.
Maar dít is niet wat de jongens met de telefoons wilden zien. Zij verwachtten op basis van de trailer een lekkere horrorfilm.
Tekst loopt door onder de video.